Wanneer moet je een interne preventieadviseur hebben?

Het antwoord op de vraag "Wanneer moet je een interne preventieadviseur hebben?" is kort en eenvoudig: "Op het moment dat je iemand in loondienst hebt, ben je verplicht de welzijnswet te volgen en moet je een interne preventieadviseur aanstellen.". Maar wie mag dat nu zijn?

Wanneer een interne preventieadviseur?

Een preventieadviseur ondersteunt de werkgever bij het naleven van de welzijnswet. Elke ondernemer die iemand in loondienst heeft  moet een interne preventieadviseur hebben en moet de welzijnswet naleven. Bij minder dan 20 werknemers mag de werkgever zelf optreden als preventieadviseur.  In het ander geval zal hij iemand anders moeten aanstellen, geen leidinggevende functie heeft, voor de functie als preventieadviseur.

Zijn jullie een bedrijf van het type A, B, C of D?

De opleiding die de preventieadviseur moet genoten hebben is afhankelijk van de grote van het bedrijf in aantal werknemers en de aard van de activiteit.  Zo heb je bedrijven van het type A, B, C en D. 

Bedrijven van het Type D hebben minder dan 20 werknemers en daar kan de zaakvoerder de functie uitoefenen als preventieadviseur.  Een goede basiskennis is hier voldoende. 

Bedrijven van het type C hebben tussen de 20 en 199 werknemers en hier moet een niet leidinggevende aangesteld worden als preventieadviseur.  Een basisopleiding van het niveau 3 kan hier al voldoende zijn.

Bedrijven van het type B hebben tussen de 200 en 999 werknemers en hier moet de preventieadviseur een opleiding genoten hebben van minimum niveau 2.

Opgelet: Het bedrijf wordt als type B beschouwd:

  • vanaf 100 werknemers, als de activiteiten onder kleine risico's vallen.
  • Vanaf 50 werknemrs, als de activiteiten onder zware risico's vallen.
  • Vanaf 20 werknemers, als de activiteiten onder zeer zware risico's vallen.

Bedrijven van het type A zijn bedrijven vanaf 1000 werknemers in dienst en hier moet de preventieadviseur een opleiding genoten hebben van minimum niveau 1.

Opgelet: Het bedrijf wordt als type A beschouwd:

  • vanaf 500 werknemers, als de activiteiten onder kleine risico's vallen.
  • Vanaf 200 werknemrs, als de activiteiten onder zware risico's vallen.
  • Vanaf 50 werknemers, als de activiteiten onder zeer zware risico's vallen.
"kleine" risico's: winning, reiniging en distributie van water, lichte metaalverwerking, fijnmechanische en optische industrie, andere be- en verwerkende industrieën (bv. voeding, textiel, drukkerijen, garages ...)
"zware" risico's: zoals hout- en bouwnijverheid, betonfabrieken, meubelfabrieken, metaal, machinebouw, fijne chemie, kunstvezelindustrie, productie en distributie van elektriciteit, gas, menselijke gezondheidszorg, vleesverwerkende nijverheid, vervoer en opslag ...
"zeer zware" risico's: splijtstoffen, cokes, aardolie, carbochemische industrie, industriële en agrarische chemische grondstoffen ...

CBTra helpt je bij je preventiebeleid! (Lees meer over onze diensten)